Vertalen nederlands duits woordenboek

Ongenode gasten

"Ich kann dir nur sagen, einfach herrlich. Holland gilt ja an und fur sich als das reinlichste Land der Welt, und es ist auch unglaublich schön. Eine Sauberkeit, die fast nicht zu beschreiben ist. Es ist nur das Unglück, dass es hier absolut nichts zu kaufen gibt und die Hollander selbst uns sehr hochnäsig gegenüber sind.“

In de brief aan zijn familie, gedateerd 15 april , steekt Feldwebel Willy Punk zijn enthousiasme voor zijn overplaatsing van Rusland naar Nederland niet onder stoelen of banken. Het enige smetje op de verder paradijselijk schone en nette omgeving (hij is gelegerd in Baarn) zijn de bewoners zelf.

De Feldpostbrief van soldaat Punk gunt ons een inkijkje in het leven van de Duitse troepen in ons land en het beeld dat zij van ons hebben. Miljoenen brieven zijn er door de Feldpost vanuit het door Nazi-Duitsland bezette Europa verzonden. In het Berlijnse Museum fur Kommunikation is onlangs een tentoonstelling over deze Feldpostbriefe geopend. De brieven vormen een welkome aanvulling op de summiere informatie die we hebben van het beeld dat Duitse soldaten van ons land hadden.

Er is namelijk nauwelijks onderzoek gedaan op dit gebied en er is weinig over gepubliceerd. Zelfs bij het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie is er nog geen Wehrmachtstudie verschenen. Het enige dat een poging in die richting doet is het boek ‘Standort Holland’ van Aad Jongbloed, uit , waarin enkele Duitse soldaten vertel

Deze woorden willen wij ook!
Duitse woorden die ook in het Nederlands moeten bestaan

angrillen: eerste keer bbq-en in de lente

beratungsresistent: bijvoeglijk naamwoord voor iemand die zich niet laat adviseren

doch: dat antwoord je als je een ontkenning wil ontkennen. In het Nederlands moet je meestal de hele zin herhalen. Voorbeeld: ‘Gehst du nicht mit?’ ‘Doch’. NL: ‘Ga je niet mee?’ ‘Jawel, ik ga wel mee’

Feierabend: de tijd na je werk, vrije tijd

Fernweh: verlangen naar een ver oord

fremdschämen: werkwoord voor plaatsvervangende schaamte

frohes Schaffen!: werkse. Maar dan veel vrolijker.

Freudentaumel: roes van vreugde. De Taumel maakt het extra vrolijk

Geschwister: één woord voor zussen en broers, kinderen uit één gezin

Habseligkeiten: poëtisch woord voor bezittingen, dierbare hebbedingetjes (Duits woord van het jaar in )

Narrenfreiheit: dat je in een positie bent iets te doen wat anderen niet mogen of kunnen doen (afkomstig van het carnaval)

Ohrwurm: liedje dat in je hoofd blijft zitten, lekker in het gehoor liggende melodie

Politikverdrossenheit: algemene ontevredenheid met en/of desinteresse in de politiek (letterlijk: ontstemd over de politiek)

Reformstau: een situatie waarin het niet lukt om noodzakelijke hervormingen door te voeren, bv, door een patstelling tussen bestuursorganen (letterlijk: hervormingsfile)

Selbstzweck: doel op zichzelf. Dat je bv. niet studeert voor een diploma maar voor de studie

Tirools voor beginners

Lekkernijen in het Tirools

Hoewel je overal in Tirol internationale gerechten op de kaart vindt, moet je de Tiroolse traditionele keuken tenminste één keer proberen.

Kasspatzln = typische, kleine dumplings met rijpe kaas en gebakken uien.
Greaschtl, Gröstl = typisch Tirols, gebakken aardappelen met uien en stukjes geroosterd vlees.

Kaspressknedl = zeer lekkere, dumplings uit brood met ui en kaas, kort gebakken in een pan, geserveerd in een stevige rundsbouillon of met zuurkool.

Fleischkas = Leberkäse
Graukas = Magere kaas uit rauwe melk gemaakt van een soort magere kwark - hoewel het een echte Tiroolse specialiteit, houdt niet iedereen ervan! Je houdt van hem of je mag hem helemaal niet.
Schwammerlen = paddelstoelen, meestal bedoelen ze in Tirol met Schwammerlen chanterellen.

Muas = moes
Goggelen = eieren
Weggn = brood
Oranschn = appelsienen
Melanzani = auberginen
Marün = abrikozen
Verlängata = een kopje koffie
Dschugglad = chocolade
Scharmiezl = een papieren zak. Goed voor het milieu, want uit papier. Het „Sackl“, een zak, kan ook uit plastiek zijn. Ik hou van Scharmiezl!
Zol’n bitte! = de rekening alsjeblief!
Hots gschmeckt? = Heeft het gesmaakt?
Mogsch a Schnapsal? = bedoeld is een „Selberbrennta“, een zelfgestookte Schnaps. Veelal met een hoog alcoholgehalte. Hier kun je niet “neen” zeggen. Dit is gastvrijheid puur.

botzn = morsen, Botzerei = een knoeiboel aan tafel
tzutzln = zuigen, bijvoorbeeld aan

Brood op reis: Duitsland

Mijn opa, die bakker was, haalde altijd rogge bij de boer voor zijn brood. Inmiddels is die roggecultuur na de oorlog uit bijna heel Noord-Europa verdwenen: we eten vooral brood van tarwe. In Duitsland hebben ze de voorliefde voor rogge vastgehouden en vind je het in zowat al het brood terug.

Verder weg, in Polen en Rusland bijvoorbeeld, is brood van rogge nog heel gangbaar. Maar van onze buurlanden gebruikt alleen Duitsland deze graansoort op grote schaal. Je vindt het in bijna elke broodsoort. Natuurlijk in de Oberlander, het vaste brood dat rogge als basis heeft. Maar zelfs in broodvarianten waar je geen rogge in verwacht. Kaiserbroodjes bijvoorbeeld. Ook daar zit nog een aardig percentage roggebloem in. Het maakt de korst dun en krokant en de binnenkant wat minder kruimelig dan we gewend zijn. Heel anders dan een Nederlands hard bolletje of een Frans pistoletje dat helemaal van tarwemeel gemaakt is.

Zoute loogbroodjes

Rogge is een heel andere graansoort dan tarwe. Om er brood van te kunnen maken, gebruiken de Duitsers een speciaal zuurdesem. Dat levert het stevige, voedzame en lang houdbare brood op, dat onze oosterburen graag eten. Van de Noord-Duitse Pumpernickel tot het Zuid-Duitse Schwarzwälderbrot. 

Uit Zuid-Duitsland komen ook de populaire loogbroodjes, die ondergedompeld worden in een loogbad en bestrooid met grof zout. Voor die glanzend bruine broodjes moet je echt naar Duitsland, want in Nederland zal je ze niet tegenkom

Sommige Nederlanders kunnen een aardig woordje Duits spreken, maar dit geldt lang niet voor iedereen. Toch zijn er genoeg mensen die denken dat zij zich prima kunnen redden in het Duits. Helaas worden er regelmatig fouten gemaakt. Wij willen jou graag behoeden voor dergelijke fouten. Daarom hebben we hieronder een aantal veelgemaakte fouten in het Duits op een rijtje gezet.

Duits en Nederlands zijn twee talen die redelijk veel op elkaar lijken. Vandaar dat veel Nederlanders denken dat zij zich ook prima in het Duits kunnen redden. Toch is dit vaak een stuk lastiger dan je op voorhand denkt. Niet gek dat er behoorlijk vaak fouten worden gemaakt tijdens het voeren van een gesprek, het schrijven van een Duitse brief of het vertalen van een tekst naar het Duits. Soms levert dit zelfs pijnlijke missers. Benieuwd wat de grootste Nederlandse missers in het Duits zijn? Wij zetten er hier 15 op een rijtje!

  • Er is/er zijn

    Veel Nederlanders denken dat het woord ‘er’ in het Duits hetzelfde betekent als in het Nederlands. Dit is een misvatting. In het Duits betekent ‘er’ namelijk ‘hij’. Toch wordt het Duitse woordje ‘er’ regelmatig gebruik in combinatie met een vervoeging van het werkwoord ‘zijn’. Kijk maar eens naar deze zin: ‘Ist er hier eine Disko?’ Vertaald naar het Nederlands stel je de volgende vraag: ‘Is hij hier een disco?’ Kijk er daarom niet raar van op als een Duitser je met opgetrokken wenkbrauwen aankijkt als je hem deze vraag stelt. Hij begrijpt namelijk niet wat je be